Als het aan Philippe van der Grinten ligt moet heel de wereld aan de bokashi. Hij is agrarisch ingenieur en gelooft heilig dat dit gefermenteerde groenafval de kwaliteit van de bodem zal verbeteren. En dat is volgens hem hard nodig: “Het is in Nederland steeds moeilijker om de voedselproductie op peil te houden. De bodem heeft echt aandacht nodig.”
Philippe mailt ons naar aanleiding van kritische artikelen die we schreven over bokashi. In Zaanstad bleek er veel restafval tussen de bokashi te zitten en ook een boer uit Vriezenveen kampte met dit probleem. Hij viste acht vuilniszakken met rotzooi van z’n land nadat hij met bokashi had geëxperimenteerd.
Volgens Philippe is het risico inderdaad dat de bokashi vervuild raakt als je de verkeerde groenstromen gebruikt. “Het probleem met restafval is te voorkomen als je schone bermen of natuurterreinen uitzoekt om bokashi van te maken. Of je moet met extra menskracht eerst zwerfvuil gaan rapen, al kan dat wel kostbaar zijn.”
Hoe wordt bokashi gemaakt?
Bokashi kan van allerlei groenafval worden gemaakt zoals gras, bladeren, bermmaaisel en snoeiafval. Aan dit groenafval worden bacteriën, zeeschelpengrit en kleimineralen toegevoegd en vervolgens wordt de ‘bokashikuil’ zuurstofarm afgedekt. “Het fermentatieproces doet z’n werk en na een week of 10 is de bokashi klaar voor gebruik”, vertelt Philippe.
Philippe van der Grinten reisde met z’n vrouw de hele wereld over. Hij woonde in Nepal, Guatemala, Costa Rica en Bolivia en kwam ook in Afrika. Hij begeleidde kleinschalige projecten op het platteland. “Wat mij opviel is dat in heel veel landen problemen zijn met erosie van de bodem. Dat kan winderosie zijn of watererosie, maar ook plantenziekten komen veel voor.”
Eenmaal terug in Nederland zag hij ook hier dat de kwaliteit van de bodem achteruitgaat. “Bij veel groenten en fruit zien we het percentage mineralen en vitaminen flink dalen. De kwaliteit van onze voeding staat op het spel en daarom moeten we investeren in de bodem.”
Sinds 2012 verdiept Philippe zich verder in bodembeheer en zo kwam hij ook in aanraking met bokashi. “Met bokashi geven we organische groenstromen terug aan de bodem en dat is heel belangrijk. Zo wordt het bodemleven hersteld, de grond wordt rul. Planten krijgen een robuuster wortelstelsel waardoor er boven de grond een hogere productie komt van een betere kwaliteit.”
Het ‘wondermiddel’, zoals Philippe de bokashi noemt, zorgt er volgens hem voor dat er in perkjes minder geschoffeld hoeft te worden, er minder bestrijdingsmiddelen en kunstmest nodig zijn en de bodem ook nog eens beter vocht vasthoudt waardoor beregening niet altijd meer nodig is. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn.
Kritiek
Hoe kijkt hij aan tegen critici die niet zo in zijn verhaal geloven? Composteerders bijvoorbeeld zeggen dat het allerminst is bewezen dat bokashi de kwaliteit van de bodem echt verbetert. “Je moet goed opletten waar de kritiek vandaan komt. Composteerders zijn hele grote jongens geworden. Voor hen is bokashi broodroof omdat een deel van het groenafval niet meer naar hun fabrieken gaat.”
Toch erkent Philippe dat er inderdaad nog geen wetenschappelijk bewijs is dat bokashi werkt. Maar: “Op basis van mijn eigen ervaringen denk ik echt dat het toekomst heeft en de eerste onderzoeksresultaten wijzen ook die kant op.” Onder begeleiding van het ministerie en de Universiteit van Wageningen wordt nu op ruim 50 plekken in Nederland geëxperimenteerd met bokashi. “Dat geeft hoop. Binnen 2 jaar zou er wetgeving kunnen zijn om gereguleerd met bokashi te gaan werken.”