Bij 1 op de 8 jongeren zijn er aanwijzingen voor lawaaischade, vertelt KNO-arts Louise Straatman. En dat is zorgwekkend. Ze vindt het daarom ‘zonde’ dat er niet meer wordt gedaan om gehoorklachten te voorkomen. Ze pleit ervoor om in bijvoorbeeld uitgaansgelegenheden de volumeknop wat lager te zetten.
Patiënten die de spreekkamer van Straatman binnenlopen zijn divers. De ene groep heeft acute klachten, bijvoorbeeld door een vuurwerkknal of door feesten met extreem harde muziek. “Die komen dan omdat ze bijvoorbeeld in één keer heel veel last hebben van een piep in hun oor of omdat ze te maken hebben met gehoorverlies. De andere groep bestaat uit mensen die rond hun 50e of 60e last krijgen van hun oren,” vertelt de Keel-, Neus- en Oorarts van het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMC Utrecht).
Emmer die volloopt
En die laatste groep, die is het grootst. Gehoorklachten ontstaan namelijk meestal niet ineens, maar door een opstapeling van blootstelling aan net iets te veel, net te harde geluiden. “Ik vergelijk het vaak met een emmer die langzaam volloopt. Als je veel in harde geluiden zit, dan komt er steeds een beetje water in die emmer. En op een gegeven moment – jaren later – stroomt de emmer over en ontstaan gehoorklachten of oorsuizen.”
Dat is ook meteen het probleem, zo ziet ze. “Als je jong bent, en als er dan water in je emmer komt, merk je daar vaak niet direct iets van en dan ben je je dus ook niet bewust van de gevaren. Je denkt dan toch: ‘Het zal wel kloppen.’ Je verwacht niet dat het volume zo hard is dat het allemaal schadelijk is. In de supermarkt verwacht je ook niet dat er giftige dingen verkocht worden. Je denkt dat het allemaal wel goed geregeld is.”
Toch is dat te harde geluid tegenwoordig overal, ziet Straatman. “Feesten met versterkte muziek, sportscholen, daar is allemaal veel geluid. Mensen zitten bovendien vaak met een koptelefoon of oortjes in de trein of bus. Als dat allemaal net iets te hard staat, dan krijgt dat binnenoor iedere keer een opdonder.”
Wat is te hard?
Maar wanneer is geluid te hard voor je oren? Hoe weet ik als bezoeker van een feestje, sportschool of de bioscoop dat er druppels in die denkbeeldige emmer komen? Straatman: “Als je je stem gaat verheffen om elkaar te kunnen verstaan, dan moet je gaan oppassen. Qua decibellen zit je dan zo rond de 80 – 90 decibel. Dat kan op een feestje zijn, maar ook bijvoorbeeld als je met de bladblazer door de tuin raast. En als je één keer in de maand door die tuin loopt, dan kan het niet zo veel kwaad, maar als je elke week op een feestje staat kan dat op de lange termijn wel degelijk gevolgen hebben voor je gehoor.”
Of dat harde geluid voor een toename van gehoorklachten heeft gezorgd is niet helemaal duidelijk. “Door wat we in de spreekkamer zien, hebben we als KNO-artsen wel die indruk, maar we weten dat niet zeker omdat de onderzoeken uit het verleden er niet zijn,” legt Straatman uit. “Wat we wel weten, uit vragenlijsten, is dat 20 procent van de Nederlanders aangeeft dat ze last hebben van ernstige oorsuizen. Dat is een aanzienlijk deel van de bevolking. Ook wijzen hoortesten bij jongeren aan dat 1 op de 8 nu al aanwijzingen heeft voor lawaaischade. Dat vind ik wel schokkende cijfers.”
Gezondheidsraad
Om die reden pleiten verschillende KNO-artsen, maar ook de Wereldgezondheidsorganisatie en de Gezondheidsraad al enige tijd voor minder hard geluid in bijvoorbeeld kroegen en bij concerten. Zij adviseren allemaal om de volumeknop niet harder te zetten dan 100 dB (gemiddelde gemeten over een kwartier). In dat advies – waar Straatman ook aan meeschreef - is gekeken naar de verschillende belangen, zo licht ze toe. “Het waren echt niet alleen KNO-artsen die vinden dat het zachter moet. Er is wel degelijk ook gekeken naar de beleving van muziek, welk volume er bijvoorbeeld nodig is om een feestje op gang te laten komen. Uiteindelijk kwamen al deze partijen met een soort tussenweg van die 100 dB.”
Opvallend is echter dat de door de Gezondheidsraad geadviseerde 100 dB niet is overgenomen in een recent vernieuwd convenant om gehoorschade te voorkomen. In dat convenant ligt de grens niet op 100, maar op 103 dB. Dat klinkt volgens Straatman als een klein verschil, maar is het voor de gezondheid van je oren niet. Straatman: “Dat is 2 keer zoveel geluid, maar ook 2 keer zoveel schade. Maar – en dat realiseren mensen zich vaak niet – in de beleving is het maar een klein verschil. Drie decibel verschil is eigenlijk net één keer drukken op de afstandsbediening, dus 1 streepje harder.”
Gebruik oordoppen
Ze vindt het daarom ‘zonde’ dat de eerdere adviezen niet zijn meegenomen. “Ik zou het ontzettend jammer vinden als we straks – over 30 of 40 jaar – zeggen: ‘We zitten nu allemaal met patiënten met problemen en toen wisten we eigenlijk al dat het schadelijk was. Maar er is toen te weinig gebeurd.”
Ze merkt bovendien op dat 100 dB ook nog steeds hard is en waarschuwt dat je bij dat volume op een feestje of in de sportschool ook nog steeds oordoppen in moet om je gehoor tegen lawaaischade te beschermen. “Maar het probleem op dit moment is – dat met alle goedbedoelde initiatieven die er zijn geweest - de afgelopen jaren ongeveer de helft oordoppen draagt. En de andere helft niet. Dat is nog steeds een grote groep die risico loopt op lawaaischade.”
Is er voldoende aandacht voor de nadelige effecten van (te) hard geluid op onze oren? Bekijk hieronder onze uitzending 'Piepende oren' terug: