Na hevige regenval overstroomden half juli grote delen van Zuid-Limburg. Bewoners van verschillende steden zijn nog altijd puin aan het ruimen en houden rekening met nieuwe overstromingen in de toekomst. Ondertussen worden tal van rivieroevers in Nederland volgebouwd om het woningtekort aan te pakken. Is dat verstandig?
“Ik kwam net thuis toen het water van de Geul bij ons al tot de kelderdeur stond.” Joëlle Bartels (48) ziet het nog voor zich, hoe ze haar woning in Valkenburg op die namiddag 6 weken geleden aantrof. “We wonen voor een deel in de kelder want op de begane grond is de yogastudio waar ik lesgeef, dus beneden staat van alles. Eerst zei ik nog tegen mijn zoon Isaiah (13): ‘We kijken het even aan’. Maar kort daarop sijpelde het water gewoon door de muren dus toen sloeg de paniek wel toe. Ik kon niet direct bedenken wat we mee naar boven moesten nemen. Isaiah zei tegen me: ‘Rustig blijven, mam.’”
Voordat Joëlle er erg in had stond het water al kniehoog. Gelukkig bedacht ze zich dat ze de foto’s moet redden, foto’s van vroeger die hoog in een kast in de kelder lagen. “Samen met mijn zoon heb ik ook de spullen uit de yogastudio naar de bovenste verdieping gebracht en toen dacht ik opeens aan de buurman, Math (80), waar we mantelzorger voor zijn. Die lag natuurlijk al te slapen!”
Joëlle ’s oudste zoon Elijah, die niet meer thuis woont maar even langskwam om te kijken hoe het ging, moest al zwemmend door de tuin naar de achterdeur van Math's huis, want daarvan wisten ze dat die open was. Vervolgens bracht Elijah de buurman via de voortuin, waar nog één strook watervrij was, naar Joëlle's huis en daar legden ze hem bovenin het huis in bed. Joëlle: “Ik ben yogalerares en ik ben mentaal heel sterk, maar zo’n ervaring heeft een enorme impact.”
Enorme schade
De regenval heeft in de gemeente Valkenburg aan de Geul voor 400 miljoen euro aan schade veroorzaakt. Zeker 2300 huizen hebben schade opgelopen en 700 mensen konden niet terug naar hun woning omdat het er bouwtechnisch onveilig is of omdat de panden verontreinigd zijn door het slib. “Ik denk dat we van geluk mogen spreken dat er hier geen slachtoffers zijn gevallen”, reageert burgemeester Daan Prevoo daags na de overstroming tijdens een persconferentie.
Inmiddels heeft een internationaal team van wetenschappers onder leiding van het KNMI onderzoek gedaan naar de overstromingen op 13 en 14 juli in Zuid-Limburg, en de conclusie is dat klimaatverandering van grote invloed is op de intensiteit van regenval. Dergelijke heftige regenbuien zoals boven Duitsland, België en Limburg plaatsvonden zullen naar mate de aarde verder opwarmt dan ook vaker voor komen.
Nu zijn ze in Limburg wel gewend aan zo nu en dan hoogwater, maar zo hoog en snel als het water in juli opkwam is ongekend. Dat doet de vraag rijzen of het wel verstandig is om zo dicht bij rivieren te wonen. Moeten we dat niet anders aanpakken? Verschillende wetenschappers menen van wel, zoals Maarten Kleinhans, hoogleraar rivieren en delta’s aan de Universiteit Utrecht. “Als we nu niks doen om de opwarming van de aarde tegen te houden, smelten de poolkappen verder en merken ook wij in de loop van deze eeuw al dat de zeespiegel stijgt. De rivieren in de platte helft van Nederland stijgen dan namelijk mee omhoog. Ondertussen stijgt de kans op extreme neerslag en vaker hoogwater nu al, en dat merk je ook in de hogere delen van Nederland. Om nog grotere verandering te voorkomen moet verdergaande klimaatverandering worden gestopt.”
Bouwen langs rivieren
Op veel plekken is het daarom riskant om dicht bij rivieren te wonen, meent Kleinhans. Toch zijn er verschillende locaties in Nederland waar nieuwbouwprojecten in laaggelegen polders en uiterwaarden staan gepland. Neem bijvoorbeeld het Vijfde Dorp, een project van 8000 woningen die in de Zuidplaspolder bij Gouda gebouwd moeten worden. Maar ook bij Arnhem en Zwolle staan woningen in de bedding van de rivier gepland. Want ja, Nederland kampt met een enorm tekort aan woningen, dus we moeten bouwen, bouwen, bouwen.
Volgens Kleinhans is bouwen op dergelijke locaties op z’n zachtst gezegd onverstandig. Want onder meer door ontwatering – zodat tractoren de akkers beter kunnen bewerken - is onze grond al aan het zakken en als je daarop gaat bouwen verzakt de grond alleen maar meer. “De bodemdaling telt op bij de zeespiegelstijging, en dat enorme verschil in waterstand binnen en buiten de polders geeft indringing van zout water, de noodzaak om heel hard te pompen, en een vergrote kans op dijkdoorbraken en diepe overstromingen.”
Meer variatie in het landschap, bijvoorbeeld door meer natuur en, wateropvang enmaar ook het afkoppelen van daken van de riolering, is volgens Kleinhans daarom noodzakelijk. Daarbij moeten er binnen de dijken meer aanpassingen komen om al dat water het hoofd te kunnen bieden. “Met het project Ruimte voor Rivieren hebben we buiten de dijken voor miljoenen aan aanpassingen gedaan, maar die zijn gebaseerd op behoudende voorspellingen van klimaatverandering. We moeten de oorzaken aanpakken, en die zitten in het binnendijkse achterland en in de klimaatverandering zelf.”
Het grootste probleem van binnendijks aanpassingen doen is volgens Kleinhans dat de regie daarover te veel versnipperd is en dat gemeenten los van elkaar beleid voeren zonder rekening te houden met de gevolgen die eventuele bebouwing heeft voor rivierwaterstanden en het grondwaterpeil 50 kilometer verderop. “Dat gekneuter met gemeentegrenzen is in dat opzicht totaal onzinnig.” Daarom moet er wat Kleinhans betreft landelijke regie komen als het gaat over hoe we moeten omgaan met het stijgende water.
Woning verkopen
Ondertussen zitten veel inwoners van Valkenburg nog in middenin de bouwwerkzaamheden om hun woning weer bewoonbaar te maken. Zo ook Angèle Hofman (56). Tevergeefs probeerde ze in juli het water buiten te houden. “We zijn gaan hozen en we hadden zandzakken neergelegd, maar het hielp niets. Achteraf hebben we te veel tijd daaraan besteed, want daardoor waren we niet bezig met spullen redden.”
Toen er op een gegeven moment wel een “Geul-tsunami” leek te komen en het water zo hard steeg, beseften Angèle en haar man dat hozen geen zin meer had en zijn ze naar de eerste verdieping van hun huis gegaan om de nacht door te brengen. “Echt slapen kwam er niet van, je blijft alert op alles wat je hoort en ik keek steeds naar buiten om te zien hoe hoog het water stond.” De volgende ochtend werd het koppel geëvacueerd.
Inmiddels is het grote schoonmaken achter de rug en hebben Angèle en haar man besloten de vloer van hun woning te verhogen en waterschotten in de deuren te plaatsen. “Dat scheelt toch zo’n 30 centimeter. Niet dat ik denk dat we hiermee een nieuwe overstroming voorkomen, maar het is iets.”
Want dat de kans bestaat dat het hoogwater terugkomt, daar is Angèle zich van bewust. Toch heeft ze niet de drang om te gaan verhuizen. “In de eerste week na de watersnood hebben we het er wel over gehad, maar dat idee heb ik ook weer losgelaten. Ik denk dat het lastig is dit huis nu te verkopen, dan ben je een dief van je eigen portemonnee. Mijn man en ik hebben wel de leeftijd om gelijkvloers te gaan wonen, maar als dit huis niet voldoende oplevert zit een appartement er ook niet voor ons in.”
Zelfs haar dochter, die naar een woning zoekt, adviseert Angèle niet alleen naar hoger gelegen woningen te zoeken. “Laatst ging ze kijken bij een woning nabij de Maas. Ik zou wel willen zeggen ‘ga landinwaarts wonen’, maar het is al zo moeilijk om nu aan een woning te komen, ik wil haar niet nog meer belemmeren.”