Ruim 50 procent van de jongeren die uit huis zijn geplaatst, moet op hun achttiende verjaardag vertrekken uit jeugdhulp met verblijf. Van deze jongeren belandt 22 procent uiteindelijk op straat. De 23-jarige Ryan weet daar alles van. Na een verleden in de jeugdzorg stond hij op twintigjarige leeftijd op straat.
“Ik verbleef bij vrienden en woonde een tijdje bij mijn opa en oma”, zegt Ryan. "Er waren zelfs nachten dat ik buiten ronddwaalde en niet kon slapen. Ik bleef wakker en dacht alleen maar: wat nu?”
Voordat Ryan op straat belandt maakt hij al het nodige mee. Op vijftienjarige leeftijd besluit hij het ouderlijk huis te verlaten, vanwege de vele conflicten en botsingen met zijn moeder. “Ik was een vrij moeilijke puber”, zegt Ryan. “Dus het ging thuis echt niet. Ik was heel eigenwijs en dat veroorzaakte ruzies. Daarom heb ik besloten om naar een kamertrainingscentrum te gaan, een plek waar je leert koken en op jezelf wonen.”
Van jeugdzorg naar de straat
Twee jaar lang gaat dit goed en heeft Ryan een stabiele plek, totdat alles verandert: "Ik was net achttien geworden toen het centrum failliet ging en kwam eigenlijk op straat te staan." Een begeleider van het kamertrainingscentrum zet haar baan op het spel en neemt Ryan in huis. "Terug naar mijn moeder was geen optie, want ik wist dat dat weer tot veel ruzie zou leiden. Die begeleider nam me in huis, maar uiteindelijk liep ook dat mis."
De begeleider zit namelijk midden in een scheiding en omdat zij geen officiële aanvraag heeft gedaan om pleegzorg te bieden aan Ryan, wordt hij door de rechter uit huis gezet. "Op dat moment tel je niet mee voor de rechter. Je bent geen 'eigen kind', je bent niemand. Daarnaast beweerde haar ex-man dat ik door mijn ADHD en autisme een gevaar vormde voor hun dochter. Toen had ik niks meer."
Voorbereiden op de echte wereld
Ryan is niet de enige die met een verleden in de jeugdzorg dakloos raakt. Uit onderzoek van Stichting Het Vergeten Kind blijkt dat veel jongeren op hun achttiende uit de jeugdhulp met verblijf moet vertrekken. Zo moet 65 procent uit een leefgroep, pleeggezin of gezinshuis vertrekken, en iets meer dan 50 procent uit de pleegzorg of kamertrainingcentra. Bij een een gezinshuis (42 procent) en begeleid wonen (36 procent) liggen deze percentages iets lager. Volgens de wet ben je op je achttiende volwassen en val je niet langer onder jeugdzorg, waardoor ook de financiering stopt. Van al deze jongeren belandt 22 procent uiteindelijk op straat.
Margot Ende-van den Broek, directeur van Stichting Het Vergeten Kind, vindt dat onacceptabel. “Het is onrealistisch om te verwachten dat deze jongeren als ze achttien zijn al volledig voor zichzelf kunnen zorgen. Zeker als je bedenkt dat de gemiddelde leeftijd waarop jongeren in Nederland uit huis gaan 23 of 24 jaar is."
Ende gelooft dat een belangrijk deel van de oplossing voor dakloze jongeren ligt in het verbeteren van de jeugdzorg. “We moeten zoveel mogelijk voorkomen dat kinderen uit huis worden geplaatst. Voor de kinderen die dat wel meemaken, is het cruciaal om stabiele plekken te creëren waar ze voor langere tijd kunnen blijven, ook na hun achttiende. Ze hebben een omgeving nodig die zoveel mogelijk lijkt op het normale leven. Dit helpt hen om zich te ontwikkelen en voor te bereiden op de echte wereld.”
Van het kastje naar de muur
Ryan belandt op 20-jarige leeftijd op straat, terwijl hij een jongen is die vanwege zijn autisme en ADHD juist baat heeft bij een rustige en stabiele woonplek. “Ik heb nog een tijd gezeten bij de begeleider in de Krimpenerwaard die mij opving, ook al mocht dat van de rechter eigenlijk niet meer". In de tussentijd klopt Ryan meerdere keren aan bij de gemeente Krimpenerwaard waar hij destijds verbleef, maar die kan hem niet helpen. “De gemeente wist niet waar ik heen kon of waar ik moest zijn. Ik stond daar aan de balie, maar de baliemedewerker weet natuurlijk ook niet alles. Uiteindelijk kreeg ik te horen dat ik maar particulier moest gaan huren, want dat zou sneller gaan dan een sociale huurwoning.”
'Tussen wal en schip’
Particulier huren is voor Ryan zonder inkomen geen optie. En sinds hij zich moest uitschrijven bij zijn begeleider, heeft hij ook geen adres meer. "Zonder een adres heb je in feite helemaal niets. Je kunt geen uitkering aanvragen en niets regelen. Ik wilde hulp in de gemeente waar ik verbleef, maar omdat ik oorspronkelijk uit Utrecht kom en daar voor het laatst ingeschreven stond, verwees de gemeente Krimpenerwaard me terug naar Utrecht. Maar de gemneete Utrecht kon mij niet meer helpen omdat ik daar niet meer woonde. Zo viel ik tussen wal en schip", aldus Ryan.
Zonder Sharon geen opvang
Uiteindelijk krijgt Ryan het telefoonnummer van Sharon Nieuwenhuis- Kim in handen, een straatadvocaat die zelf ook dakloos is geweest. "Omdat zij de routes kende, had ik binnen 24 uur een plek om te wonen.” Ryan komt terecht in een jongerenopvang in Gouda, met tien kamers voor de hele regio Midden-Nederland. Zonder Sharon had het wellicht veel langer geduurd voordat Ryan geholpen werd. “Sharon staat echt naast je. Dat is precies wat ik nodig had. In de jeugdzorg zie je honderden hulpverleners komen en gaan, maar Sharon blijft. Ze is er altijd voor je. Zelfs nu nog kan ik haar altijd bereiken.”
Een eigen huis
Na negen maanden kan Ryan via de zorg-dak-constructie doorstromen naar een eigen huis: “Wanneer je in de jongerenopvang terechtkomt, start je een heel traject waarbij je op verschillende levensgebieden ondersteuning krijgt. Uiteindelijk krijg je via een urgentielijst een sociale huurwoning met een zorgcontract toegewezen. Dit betekent dat je op jezelf woont, maar nog wel begeleiding krijgt. Het enige nadeel is dat je geen keuze hebt over in welke gemeente je terechtkomt. Dat wordt voor je bepaald.”
Ryan komt in Schoonhoven terecht. Daar is hij nog steeds aan het wennen: “Schoonhoven is echt een dorp, en ik kom er niet vandaan. Het is moeilijk om ertussen te komen, omdat ik weinig mensen ken en het lastig vind om contact te maken. Het liefst wil ik terug naar Utrecht, waar mijn vrienden en familie wonen, maar dat is niet zo eenvoudig.”
Bekijk hieronder de uitzending over dakloosheid onder jongeren terug: