De Nederlandse staat heeft de belangen van omwonenden veel te weinig meegenomen bij besluiten over de luchtvaart. Daarmee handelde de staat onrechtmatig. Tot die harde conclusie komt de rechter woensdag nadat omwonenden een zaak hadden aangespannen om minder geluidshinder af te dwingen. “We hebben op alle principiële punten gelijk gekregen”, zegt Jan Boomhouwer van de stichting Recht op Bescherming tegen Vlieghinder (RBV).
De staat moet meer doen om omwonenden te beschermen tegen geluidshinder van vliegtuigen. Daarnaast moet de overheid zich houden aan haar eigen wet- en regelgeving, oordeelt de rechter woensdag.
Omwonenden van Schiphol verenigden zich eerder in de stichting Recht op Bescherming tegen Vliegtuighinder (RBV) en klaagden de staat aan. Ze ondervinden stress, gezondheidsklachten en slaapverstoring van het luchtverkeer boven hun woningen. Het RIVM schat dat 259.000 mensen ernstige hinder ondervinden van overvliegende vliegtuigen. Het RBV wil daarom dat de Nederlandse staat meer doet om deze negatieve gevolgen van de luchtvaart te beperken.
De staat, bij monde van de Landsadvocaat, wijst daarentegen op de belangrijke economische functie van Schiphol en de werkgelegenheid die ermee gemoeid is. Daarnaast moet Nederland zich ook houden aan internationale verdragen over de luchtvaart.
‘Schiphol moet flink krimpen’
Op een aantal punten krijgt het RBV geen gelijk. Van een gedwongen krimp van de luchthaven zal geen sprake zijn. Dat ligt bij de politiek, vindt de rechter. Wel wijst hij de overheid op het naleven van haar eigen wetten en regels, die vastliggen in het Luchthavenverkeerbesluit. Deze wet uit 2008 gaat uit van 400.000 vliegbewegingen per jaar, in plaats van de 500.000 die nu mogelijk zijn. Een grote herziening van deze oude wet is er sindsdien niet meer gekomen. “Dit vonnis betekent dat Schiphol flink zal moeten krimpen. Je kunt namelijk geen andere kant op, maar de bal ligt natuurlijk bij de staat", zegt Channa Samkalden, advocaat van het RBV.
Ook Khadija Arib zit woensdag in de rechtszaal. Als nieuwe voorzitter van de Maatschappelijke Raad Schiphol adviseert ze de minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) over de belangen van bewoners. “Dit is een ongekend besluit. Een grote groep omwonenden heeft hier jarenlang voor gestreden en nu eindelijk gelijk gekregen. Dat is ongelofelijk belangrijk.”
Harbers: ‘Oordeel is glashelder’
Demissionair minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat wil woensdag alleen schriftelijk reageren. “Het oordeel van de rechter is glashelder. Er moet meer aandacht komen voor omwonenden en het terugdringen van geluidshinder. Dat was al de inzet van het kabinet en we gaan het vonnis bestuderen,” zegt een woordvoerder van het ministerie.
Toch zal de minister op korte termijn weinig kunnen betekenen voor omwonenden. Veel van de plannen die er liggen over de toekomst van de luchtvaart zijn controversieel verklaard door de Tweede Kamer. Dat betekent dat een volgend kabinet er pas een besluit over kan nemen.
Jan Boomhouwer, medeoprichter van de RBV, reageert na afloop van het vonnis euforisch: “Er is altijd eerst gekeken naar de economische belangen in plaats van naar de belangen van de burger. Dat is nu voor het eerst een keer andersom. Vanaf nu moet onze overheid en Schiphol zich eindelijk eens een keertje aan de wet gaan houden.”