De Natuur en Miliefederatie Limburg vindt dat als we de volksgezondheid willen verbeteren we het aantal beesten moeten terugbrengen. Volgens directeur Hans Heijnen moeten we terug naar vroeger: Een boer houdt zo veel kippen als hij van zijn eigen land kan voeden. En wier mest hij op zijn eigen terrein kan verspreiden. Grondgebonden landbouw heet dat.
In ons onderzoek voor het dossier Megastallen doen we ook de gemeente Nederweert aan. Die gemeente kent de meeste veehouderijen die de fijnstofnorm overschrijden. De luchtkwaliteit is er al jaren te laag. Toch is de gemeente niet voor een maatregel om minder beesten te houden. Ze wil wél meer handhaven met een fijnstofnorm, maar die is er nog niet. En ze gelooft dat als boeren oude stallen vervangen door nieuwe al een groot deel van het probleem is opgelost. Het gros van deze bedrijven is niet grondgebonden. Ze houden zoveel dieren dat voer elders vandaan moet komen, en de mest elders verwerkt moet worden.
Minder beesten
De Natuur- en Milieufederatie vindt dat Nederweert niet hard genoeg ingrijpt. Lege stallen waar nog wel rechten op het houden van vee aan vast zitten, mogen bijvoorbeeld worden opgeknapt. Er moet iets anders gebeuren. Ze noemen dat de voedsel-mest kringloop herstellen: zolang je de mest zelf ter plekke kan verwerken, en je het voedsel zelf verbouwt, mag je zo veel kippen houden als je wilt. Dan zou in Nederweert wel 80% van de kippen verdwijnen.