Leerkracht Jacqueline geeft voor het vijfde jaar les aan groep 8. Ze vindt de toetsen een verschrikking en gaat het vanaf dit jaar anders doen. “Wat ik van de toetsen vind? Kindermishandeling.”
Voor ons onderzoek naar Toetsstress op de basisschool mogen we filmen in de klas van leerkracht Jacqueline Nobels. Ze wil ons wel uitleggen hoe zij naar onze toetscultuur kijkt en wat zij ziet dat het met haar leerlingen doet. De spanning kan volgens haar namelijk hoog oplopen.
Ze geeft een voorbeeld: “Ik gaf een jongetje dat heel goed is in rekenen de beurt bij de voorbeeldopgave van een toets. Ik dacht: dat is voor hem in ieder geval een makkie. Toen barstte hij in tranen uit.“ Compleet in paniek was hij volgens Jacqueline. Toen ze hem vroeg waarom, zei hij: “Juf, ik slaap al twee nachten niet. Ik heb zo’n hoofdpijn; ik weet het antwoord gewoon niet.” We hebben het over kinderen van 12 jaar, benadrukt Jacqueline. “Ik vind dat gewoon kindermishandeling.”
Het lijkt wel of de toetsdruk erger is geworden, zegt Jacqueline. Ook de uitslagen van de enquête die we hielden onder 400 leerkrachten in groep 5 tot en met 8 duiden daarop. Hier lees je er meer over:
Hoe komt dat? Jacqueline: “De maatschappij hamert er zo op dat we maar hoogopgeleid moeten zijn. Terwijl de een beter met zijn hoofd leert en de ander met zijn handen. Laat kinderen gewoon zijn wie ze zijn.”
Jacqueline en haar collega’s zagen dat kinderen die een vmbo basis- of kader-advies kregen, dachten dat ze iets verkeerd hadden gedaan. “Terwijl we toch toetsen om te kijken wat kinderen nog lastig vinden en wat ze al goed kunnen? Niet om ze af te rekenen op hun scores.” De druk die de kinderen ervoeren, kon ze niet voldoende wegnemen. “Het was ook het eerste waar ouders naar vroegen: Hoe heeft mijn kind de cito gemaakt?”
Leerlingprofiel in plaats van toetsen
Jacqueline en haar collega’s waren het zo zat dat kinderen al zo vroeg een oordeel meekregen op basis van begrijpend lezen en rekenen, dat ze zelf een nieuwe manier hebben ontworpen om hun leerlingen te volgen: het Leerlingprofiel.
Daarvoor hebben ze tien verschillende domeinen uitgewerkt waar ze ze het hele jaar op volgen. Ze beginnen er nu mee in groep 6. Als ze uiteindelijk schooladviezen gaan maken met de leerkrachten van groep 7 en 8, de intern begeleider en de directeur, dan pakken ze dat profiel erbij. “Dan gaan we onderzoeken: wat past er bij deze leerling? We kijken: wat is de huiswerkhouding? Hoe kijkt een kind naar zichzelf? Hoe is de concentratie? Lukt het plannen? Enzovoort.” Ze pakt er een grote kaart bij waarop ze het hebben uitgewerkt. “Het is maatwerk, maar zo kijk je ook echt naar het kind,” meent Jacqueline, “en niet alleen naar de scores.”
‘Juf, we weten toch allebei al dat ik dom ben’
En de eindtoets? Wat doen ze daarmee? Jacqueline: “Hij is wettelijk verplicht, dus we nemen ‘m wel af. Maar dit toetst weer wat een kind wel of niet kan op begrijpend lezen en rekenen. En dat een kind heel attent is of altijd klaarstaat voor zijn klasgenoten, dat laat het niet zien.”
En dat zorgt voor schrijnende situaties. “Ik had vorig jaar een leerling die gewoon niet goed met zijn hoofd kan leren. Hij zei bij de eindtoets: ‘Juf, waarom moet ik dit maken? We weten toch allebei al dat ik dom ben.” Jacqueline slikt haar tranen weg: “Ik vind dat zó erg.” Bij het nieuwe systeem met het Leerlingprofiel had deze jongen veel baat gehad, denkt Jacqueline: “Dan had hij heel anders naar zichzelf gekeken. En was hij met een positiever beeld opgegroeid.”
Toch blijft het lastig zolang de maatschappij blijft brullen: toetsen zijn belangrijk! Jacqueline: “Ik hoop dat onze aanpak zich als een olievlek verspreidt.”
Schoolbestuurders: ‘Nu is het gemiddelde leidend, dat moet anders’
Niet alleen leerkrachten zoals Jacqueline willen het anders. Leve het Onderwijs is een beweging van schoolbestuurders die ook vinden dat het verplichte toetsen moet stoppen. Voor onze uitzending over toetsstress gaan we bij hen langs. Hoe zien zij de toetscultuur?
Het verzet tegen verplichte toetsen gaat de drie bestuurders aan tafel erg aan het hart, legt bestuurder Marten Elkerbout uit. Ze vinden het oneerlijk dat kinderen worden afgemeten aan elkaar: “Het gemiddelde is leidend. Dat betekent: als je ondergemiddeld bent, dan scoor je laag en als je bovengemiddeld bent dan, scoor je hoog. Dan kijk je eigenlijk niet naar wat kinderen geleerd hebben of wat ze kunnen; ze worden alleen maar ingedeeld. Dat gemiddelde groeit met je mee. Dat kan heel demotiverend zijn voor kinderen.”
Maar het is ook fijn voor een leerkracht om iets objectiefs te meten, toch? Meten is weten? “Het is maar op een klein gedeelte, namelijk begrijpend lezen en rekenen. En wat je de laatste decennia ziet, is dat de toetsen steeds belangrijker zijn geworden,” legt Elkerbouts collega-bestuurder Remco Prast uit. We zijn volgens hem in een systeem gaan zitten waarin de toets leidend is, en niet meer al het andere wat kinderen geleerd hebben. “Dat hebben we als sector laten gebeuren en dat zie je in de maatschappij ook gebeuren. We hechten teveel waarde aan de toets en dat zorgt voor ongelijkheid.”
‘Schrijfvaardigheid kun je niet meten met meerkeuzevragen’
Waarom bestaat die toets dan? Waarom doen we het zo? Elkerbout: “Omdat de samenleving dat graag wil en omdat we met elkaar die toets steeds belangrijker hebben gemaakt. Het is ooit bedoeld als een soort van tweede gegeven voor naast het schooladvies: een objectieve manier om te kijken.”
Best een aardig idee, maar de kwaliteit van scholen wordt er nu ook aan afgemeten, zegt de bestuurder. “We maken de toets steeds belangrijker en sterker nog, we zijn ook gaan geloven dat die toets het beter weet dan al die professionals die dagelijks met die kinderen in de weer zijn.”
Elkerbout geeft een voorbeeld van hoe de toets het onderwijs beïnvloedt: “Wat we allemaal ontzettend belangrijk vinden is dat kinderen in het voortgezet onderwijs en het latere leven kunnen schrijven. Dat ze zich goed kunnen uitdrukken op papier. Maar dat zit niet in de toets. Want het vervelende is dat zo'n vaardigheid als schrijven heel moeilijk te meten is met een toets.” Daar kun je geen multiple choice van maken, aldus Elkerbout. Het gevolg is dat er gemiddeld op basisscholen maar 1 uur in de week aandacht wordt besteed aan schrijfvaardigheid. “Zo'n enorm belangrijke vaardigheid. En dat komt gewoon doordat iedereen aandacht geeft aan de dingen die in de toets zitten.”
Maar daar ben je toch ook zelf bij als schoolbestuur? Je kunt dat immers anders doen. Collega-bestuurder Anne Bruggeman: “Scholen nemen allemaal de eindtoets af, want dat is een wettelijke verplichting. En ze hebben ook allemaal een verplicht leerlingvolgsysteem.”
Maar de wet verplicht niet hoeveel waarde je daaraan moet hechten? “Daar proberen wij met Leve het Onderwijs dus verandering in te brengen. Maar vergeet niet dat er een hele generatie leerkrachten is opgevoed met het idee: de toets is heel erg belangrijk.”
Meer weten over de gevolgen van onze toetscultuur? Kijk hieronder onze uitzending. Meer weten over de enquête-uitslagen? Hier lees je het hele artikel.