Het is donker en er staat een stevige wind als Anne Heins in alle vroegte over de N376 van het Drentse De Kiel naar zijn werk in Veenoord rijdt. Hij neemt het zekere voor het onzekere en vertrekt een minuut of tien eerder van huis en rijdt extra voorzichtig. Vlak voor hij bij zijn werk aankomt gaat het mis en botst hij frontaal tegen een boom.
Het was domme pech en een beetje geluk ook
“Het was domme pech en een beetje geluk ook”, vindt Anne, want hij leeft nog. Hij heeft nog altijd geen idee hoe het kwam dat hij van de weg afraakte. “Voor mij is dat nog steeds een vraagteken”, vertelt hij. “Ben ik weggedommeld of was het de wind?” We spreken Anne voor ons onderzoek Verkeersveiligheid waarvoor we het gevaar van bomen langs N-wegen onderzoeken: moeten ze wijken voor de verkeersveiligheid?
Anne kan het gelukkig nog navertellen, al emotioneert het hem nog steeds als hij terugdenkt aan die vierde januari 2017. Hij is die ochtend net als altijd heel vroeg op. “Ik was om 20 over drie wakker en merkte dat het flink hard waaide. Ik moest ook een stuk door het bos en je weet bij harde wind dat er rommel op de weg kan liggen.” Tien minuten eerder dan normaal rijdt hij in rustig tempo weg. “Ik ben met een gang van 55 of 60 gaan rijden en dat was geen probleem. Je mag daar 80 kilometer en ik reed bedachtzaam en oplettend.”
Anne werkte al zo’n 30 jaar als thermisch verzinker bij hetzelfde bedrijf. De weg naar de fabriek kent hij op zijn duimpje. Die ochtend helpt hem dat niet. Zo’n 1,5 à 2 kilometer voor het bedrijventerrein raakt hij plotseling op de linker weghelft, rijdt tegen de boom en raakt buiten kennis. Wat er voor en na de klap gebeurd is, weet hij niet. Hij heeft alleen nog een vage herinnering aan iemand die naast de gecrashte auto stond. Was het de brandweer, was het de politie? “Ik kan mij alleen nog herinneren, dat ik iemand met een helm of een pet heb gezien en iets heb gezegd als: “Het gaat niet goed, mijn vrouw moet gebeld worden.”
“Ze hebben mij horizontaal eruit moeten halen”, hoort Anne later. In de ambulance op weg naar het UMCG, het academisch ziekenhuis in Groningen, worden er drains ingebracht omdat zijn beide longen zijn ingeklapt en in het ziekenhuis wordt hij dagen kunstmatig in coma gehouden vanwege de ernst van zijn verwondingen. Zijn hersenen hebben een behoorlijke bloeding gehad en er zit een breukje in zijn schedeldak, maar er is nog veel meer aan de hand. “Ik heb twee ruggenwervels gebroken, die zijn gefixeerd met twee pennen en vier klemmen, een gekneusd borstbeen, aan de rechterkant had ik mijn ribben gebroken en gekneusd, het schaambeen gebroken, het bekken gebroken, de heupkom gebroken, mijn voet was op vijf plekken gebroken, ik heb drie hartkneuzingen opgelopen en mijn linkerknie lag open door de stuurkolom van de auto.”
Rillingen over zijn rug
Anne mag van geluk spreken dat hij het ongeluk heeft overleefd. Op de beelden van het regionale persbureau is te zien dat er weinig over is van de stationwagen waarin hij reed. “Ik heb een boom midden in de auto gehad. Het dashboard aan de bijrijderskant zat in de rugleuning van de stoel en die is om mij heen gedrukt en de motor was onder de auto geduwd. Was dat niet het geval geweest, dan had ik beide benen kunnen afschrijven.” De foto’s zijn confronterend: "de rillingen gingen over zijn rug” bij het zien van de vernielde auto. Toch wilde hij ze zien. “Voor de verwerking, om te zien hoe ze me uit die auto hebben weggehaald. Het is niet makkelijk geweest, maar dat heeft toch wel enigszins geholpen.”
Na 8 weken in het ziekenhuis volgt een maandenlange revalidatie. Helemaal ongeschonden komt Anne niet uit het ongeluk. Na onderzoek blijkt dat twee zenuwbanen beschadigd zijn en de aansturing van zijn benen functioneert niet meer helemaal goed. Maar al met al is hij beter hersteld dan de artsen aanvankelijk dachten. “Ik kan nog 2, 3 kilometer lopen. Maar dan voel ik dat ik geen vermogen meer heb.” Het herstel was zwaar, maar dat hij zijn werk is kwijtgeraakt vindt Anne nog het ergste. “Ik heb drie maanden gereïntegreerd om toch weer terug te komen, maar dat gaat niet meer lukken. Op een gegeven moment moest ik het UWV binnenstappen. In totaal heb ik 30 jaar bij hetzelfde bedrijf gewerkt en je mist dat toch wel.”
Elektrische zaag
Nog geen driekwart jaar na het ongeluk doet Anne een rijtest bij het CBR, waar hij goed doorheen komt. ”Natuurlijk was het wel wennen om voor de eerste keer weer in een auto te stappen. Ik vroeg mij af hoe ik zou reageren op situaties.” Ook neemt hij wat rijlessen om te weten wat het ongeluk met hem had gedaan. “De tweede les werd gezegd: ‘Rijd maar naar de doorgaande weg waar je dat ongeluk hebt gehad’. Het deed mij eigenlijk niets.”
De boom van het ongeluk staat er nog steeds. De gedachte is wel eens bij hem opgekomen om er een elektrische zaag in te zetten, maar dat stadium is hij inmiddels voorbij. De bomenrij weghalen om ongelukken te voorkomen, hoeft van hem niet. Misgaan kan het altijd “Het is allemaal goed afgelopen en als ik 300 meter verder van de weg was geraakt, was ik misschien de sloot ingegaan.”
Maandag in Pointer, om 22.15 uur op NPO2: Moeten bomen langs N-wegen wijken om dodelijke ongevallen te voorkomen?