Honderdduizenden zelfstandigen hadden toen corona uitbrak in maart 2020 van de ene op de andere dag geen inkomen meer. Muzikanten, gidsen, schoonheidsspecialisten, schilders, cateraars: voor zzp'ers (zelfstandigen zonder personeel) in allerlei branches viel in één klap hun werk weg toen het land in lockdown ging. De overheid tuigde razendsnel een regeling op om diegenen te helpen die in de financiële problemen kwamen: Tozo, 'Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers'. Maar was dat voor de zzp’ers inderdaad de financiële reddingsboei?
Als zzp’er kon je deze uitkering aanvragen bij je gemeente, als je aan bepaalde voorwaarden voldeed. Je moest bijvoorbeeld ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel, minstens 1225 uur per jaar in je eigen bedrijf steken en in Nederland wonen. De gemeente controleerde vervolgens of je recht had op de steun en betaalde deze uit.
Oktober vorig jaar stopte de Tozo-coronasteun en nu een half jaar later het stof is neergedwarreld, kijkt Pointer terug op de regeling. Wat ging goed, wat ging er mis?
Wij zijn benieuwd naar jouw verhaal.
Gemeentes kregen de vrijheid op hun eigen manier de Tozo uit te voeren en gingen verschillend om met de aanvragen. De ene gemeente was ruimhartig en kende snel de uitkering toe, de andere gemeente was strenger. De ene gemeente stortte het geld snel, bij de andere moest je weken wachten op de steun.