Kinderen met het syndroom van Down leren meer op een gewone basisschool dan op het speciaal onderwijs. Het idee van passend onderwijs, ingevoerd in 2014, is ook dat meer kinderen met een speciale behoefte naar het reguliere onderwijs gaan. Maar de extra ondersteuning die daarbij nodig is, komt uit twee verschillende geldpotjes. Heeft een kind hulp nodig bij naar de wc gaan, dan is dat zorg en valt het onder de gemeente. Leer je een kind zelfstandiger te zijn bij het toiletbezoek, dan is dat onderwijs en komt het geld bij het ministerie van OCW vandaan. Maar twee begeleiders die één kind helpen naar het toilet te gaan, is een onwerkbare situatie. Wat is nu onderwijs en wat is zorg? En kan de bureaucratie rondom dit soort aanvragen niet stukken eenvoudiger? Een strijd over geldpotjes, met als gevolg dat kinderen minder uren ondersteuning krijgen of zelfs dreigen niet naar school te kunnen.
Onderwijs of zorg: strijd over geldpotjes