Als het aan de huidige coalitie ligt, krijgen vluchtelingen met een verblijfsvergunning binnenkort geen voorrang meer op een sociale huurwoning. Dit plan baart gemeenten grote zorgen, blijkt uit onderzoek van Pointer. “Er wordt geen probleem opgelost, maar een probleem gecreëerd.”
Overvolle asielzoekerscentra, grote groepen nieuwe daklozen en statushouders die worden uitgebuit in de private huursector: dat zijn de gevreesde gevolgen als het Rijk gemeenten verbiedt om statushouders voorrang te geven op sociale huurwoningen, zo blijkt uit een enquête van Pointer onder 28 Nederlandse gemeenten.
Het voorgenomen verbod is een van de punten uit het hoofdlijnenakkoord van het aanstaande kabinet. Volgens PVV-leider Geert Wilders biedt dit verbod een oplossing voor de woningnood. Hij zegt: “Heel veel jongeren wonen nu op zolder bij ouders thuis. Dat komt doordat statushouders voorrang krijgen.”
Verplicht statushouders huisvesten
Maar Nederlandse gemeenten vrezen juist voor de gevolgen van dit verbod. Ruim drie kwart van de 28 gemeenten die reageerden op de enquête maakt zich zorgen, met name omdat het aangekondigde verbod in strijd lijkt met de verplichting van gemeenten om statushouders te huisvesten. Elk half jaar wijst de Rijksoverheid elke gemeente een x-aantal statushouders toe. Gemeenten zijn verplicht hen vervolgens een woning aan te bieden.
In kleine gemeenten gaat het vaak om enkele tientallen mensen, in grote gemeenten kan dat aantal oplopen tot honderden per half jaar. Om aan die taakstelling te voldoen, stelt de grote meerderheid van de Nederlandse gemeenten deze statushouders een sociale huurwoning ter beschikking. Maar als de plannen van het kabinet doorgaan, wordt deze oplossing afgesneden. Zo schrijft de gemeente Maashorst: “Feitelijk is deze maatregel alleen uitvoerbaar als de taakstelling komt te vervallen, maar dan stokt de doorstroming in de asielketen.”
Overvolle azc’s, dakloosheid en uitbuiting
Een andere zorg van gemeenten is dat asielzoekerscentra overvol zullen komen te zitten, omdat vluchtelingen met een verblijfsstatus nergens naartoe kunnen. En dat mensen voor wie ook in de azc’s geen plek is, op straat zullen belanden. In beide gevallen is een geslaagde inburgering vrijwel onmogelijk, vreest ook de gemeente Rheden: “De woonomstandigheden in asielzoekerscentra belemmeren volwassenen en kinderen om een thuis te creëren. Als dakloze is een leven opbouwen onmogelijk.” In plaats van dat mensen kunnen bijdragen aan de samenleving, ontstaan er zo juist nieuwe problemen. En die komen volgens Rheden op het bordje van de gemeenten terecht: “Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de opvang van dakloze personen, dus er wordt geen probleem opgelost, maar een probleem gecreëerd.”
De gemeente Den Haag schetst daarnaast nog een ander probleem. Zij kampen op dit moment al met het probleem dat arbeidsmigranten worden uitgebuit in de vrije huursector. Steeds meer mensen verkeren in ‘precaire woonsituaties’ of raken dakloos. “Als er geen oplossingen komen voor het huisvesten van statushouders, is het risico groot dat dit ook voor deze groepen het voorland is”, schrijft de gemeente. “Dat is zeer, zeer ongewenst.”
Welk probleem wordt opgelost?
Het gros van de gemeenten vindt het voorgenomen maakt zich dus zorgen over het verbod. Maar, lost het verbod ook iets op? Als je PVV-leider Geert Wilders mag geloven, gaan zowat alle sociale huurwoningen naar nu statushouders. Toch is dat niet het geval. Volgens de meest recente cijfers van het CBS (uit 2021) gaan landelijk 6 procent van alle sociale huurwoningen naar statushouders. De overige 94 procent gaat naar andere voorrangsgroepen (zoals mensen die uit een zorginstelling komen of net gescheiden zijn) en naar mensen die zich hebben ingeschreven op de wachtlijst.
Feit is wel dat er landelijk een groot tekort is aan sociale huurwoningen. Het landelijk streven is dat meer dan 30 procent van alle woningen in een gemeente sociale huurwoningen zijn. Slechts een kwart van de 21 gemeenten die hierop reageerden, voldeden aan die norm. “De enige echte en duurzame oplossing voor dit probleem, is simpelweg meer sociale huurwoningen bouwen”, schrijft de gemeente Rijswijk.
Noodgrepen
In reactie op onze enquête laten verschillende gemeenten weten dat zij door het gebrek aan voldoende sociale huurwoningen nu al bezig zijn met het zoeken naar alternatieve huisvesting voor vluchtelingen met een verblijfsvergunning: hotels, containerwoningen en panden die tijdelijk leegstaan. Het zijn nu nog noodgrepen, maar gemeenten vrezen dat dit de standaard wordt als het verbod wordt doorgevoerd.
Gemeenten in verzet
Sommige gemeenten zien een lichtpuntje. De gemeente Dalfsen bijvoorbeeld, relativeert de onrust en denkt dat de soep niet zo heet wordt gegeten als hij wordt opgediend: “Wij verwachten dat het nog heel wat voeten in de aarde heeft, voordat een dergelijk verbod daadwerkelijk van kracht wordt.” Voor het verbod moet namelijk de wet worden aangepast, en daar gaat zo twee jaar overheen.
Andere gemeenten stellen zich meer activistisch op en zoeken de media op. Wethouder Arjen Van Gijssel van gemeente Berkelland sprak zich namens acht Achterhoekse gemeenten uit in De Gelderlander: “In de Achterhoek blijven we voorrang geven aan de huisvesting van statushouders. We blijven onze verantwoordelijkheid nemen richting onze medemens.”
En ook wethouder Rachel Streefland zegt in een interview in de Volkskrant dat de gemeente Utrecht “zolang er geen ernstig verbod is, of helderheid, gewoon statushouders zoveel als mogelijk aan sociale huurwoningen blijft helpen”. Streefland: “Vergeet niet: we kunnen deze mensen in Nederland goed gebruiken. We hebben handen aan het bed nodig, maar ook op andere plekken. Ze zijn cruciaal in de arbeidsmarkt.”
Luister naar de uitzending van Saar Slegers en Mijke van Wijk:
Statushouders in de showroom